Het Nirwana
Het Nirwana bestaat uit drie delen: De oppervlakte van het labyrint bedraagt 2500 m2, van de theetuin 1.500m2. Een deel ervan is de speelheuvel ‘De ruïne van Steenwyck’ , alleen toegankelijk in combinatie met een ticket voor het bamboelabyrint.
In de tuin zijn zitplaatsen voor maximaal vijftig personen, waarbij het tuinmeubilair is verspreid over de diverse natuurlijke nisjes in het groen. In het oog springend in de tuin is de lange wilgentunnel. Die staat er deels voor het leuke optische effect dat de tunnel heeft als je er doorheen kijkt en loopt, maar heeft ook een zeer functionele kant als windbreker. Het slingerende wilgentunneltje dat er vlakbij staat heeft die functie in mindere mate: het is voornamelijk een geweldige, natuurlijke kruip-door-sluip-door voor de kleintjes.
Kinderen
Alleen toegankelijk in combinatie met entreeticket voor het Bamboelabyrint: De Ruïne van Steenwyck. Dit favoriete, wederom natuurlijke speelobject voor de kids staat echter net buiten het horecadeel van de tuin verborgen achter de bamboehaag. Volgens overlevering moet in deze buurt ooit een bastion hebben gestaan ter verdediging van ‘t Vrye Noortveen, een vrijbuiterplek die nogal wat lui van twijfelachtige allooi herbergde. Vanaf dat bastion verdedigden ze zich tegen hun opponenten, de Hollanders en de Stigtse.
De enige tijd geleden aan de oppervlakte gekomen objecten en het bijbehorende gangenstelsel zouden restanten van deze verschansing kunnen zijn. Waar of niet, het levert in ieder geval een geweldige speelheuvel op! Kruip door de tunnels naar de ruïne bovenop de heuvel, of voor de durfals, kruip door de schemerige tunnel onder de heuvel door! Vanuit de ruïne kun je de omgeving goed in de gaten houden. Pas op, de vrijzinnige Hollanders naderen! Of zijn het de Stigtse papen? Beiden hadden ze het op de Vrye Noortveners voorzien.
In aanbouw is de meest recente ‘vondst’, het Scheepswrak: een zandbak met speel- en verstop objecten: een voorplecht waarvan het bovenste deel boven de grond uitsteekt, gevolgd door het dek dat verzonken onder het zand ligt, en dan achterop de stuurhut die weer gedeeltelijk boven de grond uitsteekt.
Roken
Liever helemaal niet. U als roker merkt dit niet, maar voor niet rokers is de lucht al op afstand adembenemend. Mocht u ondanks alles toch willen roken, dan is er aan de westkant bij de sloot een rookplek met een ‘rookpot’, maak daar svp gebruik van. Roken in het chalet en het overdekt terras is uiteraard –wettelijk- ten strengste verboden. Ook in het labyrint is het vanwege het grote brandgevaar dat het droge bamboeblad dat op de grond ligt met zich meebreng ten strengste verboden.
Honden
Honden zijn alleen aangelijnd welkom. U wordt dringend verzocht eventuele uitwerpselen van uw dier ivm de hygiëne op te ruimen en mee te nemen. Deponeer het aub niet in de bosjes, kinderen spelen nu eenmaal overal.
Speciale Planten
Een ander in het oogspringend item is het buxusbosje naast de Ruïne van Steenwyck, waar de enorme buxusvormen van topkweker Kees Koeleman een plek hebben gevonden.
Het gras in de tuin zal doorgaans kort gemaaid zijn, dat is wel zo prettig. In de perkjes langs de bamboehagen en tegen de blokhut treft u vele soorten vaste planten en ook enkele aparte zomerbloeiers. De bloei wisselt per week, volgt de natuur. Een zeer in het oog springend item zonder rijke bloeiwijze is de Wonderboom (Ricineplant). In de loop van de zomer en vooral in het najaar komt deze paars-rode plant tot volle wasdom. Een geweldige, niet zo bekende plant met prachtig blad die perfect past in het complete plaatje. Pas op, delen van de plant en met name de bonen zijn giftig! Nog een vreemde snuiter die op een enkele plek opkomt is een fluweelachtige plant waaruit gedurende het seizoen een enorme staart tot wel ruim1,5 meter groeit: de Verbascum lychitis ofwel Melige toorts. Een wilde plant die op de rode lijst van zeldzame planten staat en waar we dus extra zuinig op zijn!
De reden dat deze plant hier een plekje heeft verovert is waarschijnlijk de volgende:
De perkjes zijn niet strak gewied, diverse kruiden (ook wel onterecht onkruiden genoemd) vinden daar hun plek, maar er wordt voor gezorgd dat de soorten die we graag op de voorgrond willen daar ook op blijven. Een werkwijze waar de teloorgaande insecten -en bijenstand zeer bij gebaat is. Alleen vervelende soorten als akkerdistel, kleefkruid en brandnetel proberen we te weren. Daarvoor is in de wilde wei naast de Buxusvormen plaats.